aan de hand van de hand
Na het bespreken van het huiswerk en hoe onze carnavalsvakantie was, begonnen we aan de 3 onderstaande onderwerpen.
De 5 reflectievragen: Aan de hand van de hand
Duim—>waar ben ik trots op/wat ging goed.
Wijsvinger—> wat wil ik bereiken/waar wil ik heen/wat kan anders.
Middelvinger—> waar baal ik van/wat ging er nog niet goed.
Ringvinger—> waar blijf ik trouw aan/wat blijft er.
Pink—> wat wil ik oefenen/ben ik onzeker over/vind ik nog lastig.
We gingen in gesprek over: kwetsbaarheid.
Wat is kwetsbaarheid?
Wanneer is kwetsbaarheid een zwakte en wanneer een sterkte?
De grote opdracht kwam als laatste. Het maken van een levenslijn.
We begonnen met het opschrijven, voor onszelf, welke (grote of kleine) gebeurtenissen er op onze tijdlijn moeten komen. Gebeurtenissen die zowel positief of negatief een (grote) impact hebben gemaakt op ons/ons hebben gemaakt wie we zijn.
Dat was nogal pittig voor mij, maar ook voor sommige andere klasgenoten. Want wat zet je er allemaal op?! Daarnaast ga je bewust en onbewust, ook al is het maar heel kort, toch stilstaan bij dingen die zijn gebeurt in je leven.
Thuis meteen mijn familie geappt of ze me willen helpen bij mijn tijdlijn.
Gelukkig hoefde het niet in een keer af en komen er meer lessen en momenten waar we eraan kunnen werken. Zo gaan we de volgende les verder mee en gaan we verder uitzoeken:
Wie:(wie was erbij)
Wat: (wat gebeurde er)
Waar: (waar gebeurde het)
Wanneer: (wanneer gebeurde het)